Te veel stikstof zorgt er namelijk voor dat de bodem te rijk is aan voedingsstoffen, wat er weer voor zorgt dat slechts een paar soorten de bovenhand krijgen en de biodiversiteit in het gedrang komt. En dat is een groot probleem: we verliezen onze mooie natuur wat op zijn beurt de gezondheid en veiligheid van alle inwoners op onze planeet bedreigt. 

Onze woordvoerder, Kathleen Mertens, benadrukte in haar bijdrage tijdens het debat het belang van een algehele vermindering van de stikstofuitstoot. Niet alleen de boeren maar ook de industrie is aan zet. Maar een meerderheid van Provinciale Staten steunde de motie van GroenLinks (https://limburg.bestuurlijkeinformatie.nl/Reports/Item/d672e1b2-a7ac-49b2-b15e-aaf44417f551) helaas niet. 

De komende tijd worden er gebiedsplannen gemaakt en de nadruk in de provinciale plannen ligt op natuurverbetering. Dat is al zeer positief. Maar de reductie is nog steeds maar 30% en dat is volgens GroenLinks niet genoeg. De natuur zal er pas op vooruit gaan als we de stikstofuitstoot met 50% reduceren. Zo lang de reductie niet fors genoeg is, zit Nederland op slot en kan er bijvoorbeeld niet gebouwd worden. 

Er is dus snel actie nodig: voor mens en natuur!

Bijdrage Kathleen Mertens

In 1972 verscheen het rapport “Limits to growth” of “Grenzen aan de groei” van de club van Rome. De boodschap van het rapport was helder: we kunnen niet ongelimiteerd blijven groeien. Ons menselijk handelen moet in evenwicht zijn met wat de aarde ons te bieden heeft; doen we dat niet, dan putten we de aarde uit en blijft er niets meer over voor toekomstige generaties.

En hier staan we dan, 50 jaar later en we worden er keihard mee geconfronteerd dat er grenzen aan de groei zijn. Ons menselijk handelen belast de aarde te veel. De natuur heeft eronder te lijden. En als de natuur lijdt, dan lijdt ook onze levenskwaliteit en onze gezondheid eronder.

Om de kwaliteit van de natuur en onze levenskwaliteit te verbeteren moeten we in actie komen. We moeten de druk op de ecosystemen verlagen, zodat die weer veerkrachtig worden. En daarom bespreken we vandaag het statenvoorstel stikstof.

Die veerkrachtige natuur, die krijgen we pas terug als de stikstofuitstoot daalt. Maar hoe doe je dat, in een klein landje met grote oppervlaktes landbouw en weinig natuur. Ja, natuurlijk, we moeten ervoor zorgen dat er voedsel is. Dat klopt. Maar we moeten wat GroenLinks betreft niet, ten koste van de natuurkwaliteit en levenskwaliteit, de hele wereld willen voeden. We hoeven hier niet alles vol te bouwen met vervuilende industrie – onder het mom van “want hier kunnen we dat veel schoner dan elders op de wereld”.

We moeten de stikstofuitstoot reduceren. Als het aan GroenLinks lag, waren de rijksplannen veel ambitieuzer. Dan zouden we streven naar een reductie van 50% van de stikstofuitstoot in 2030. En dan zou ons doel zijn om alle N2000 gebieden in 2040 in een goede staat van instandhouding te hebben. Maar zo ambitieus is het rijk niet, en dus ook onze provinciale doelen niet. Helaas.

Maar hoe nu aan de slag? Hoe versneld de stikstofuitstoot reduceren? Dat kan alleen als we inzetten op extensieve landbouw, kringlooplandbouw, als we het areaal N2000 gebieden zo snel mogelijk uitbreiden en ook de kwaliteit van de niet N2000 natuur op orde brengen.

Wat GroenLinks betreft zetten we zeker niet alleen in op nieuwe staltechnieken. Die laten helaas geen goede resultaten zien. Ze zijn niet zaligmakend. We kunnen ons niet door middel van de techniek alleen uit deze crisis helpen. We moeten aanvaarden dat natuurlijke bronnen niet oneindig gebruikt kunnen worden.

Maar we willen als GroenLinks zeker niet alleen naar de landbouw kijken. Daarom dienen we vandaag ook een motie in die het college oproept om de stikstofreductie integraal aan te pakken en de aanbevelingen uit het rapport van Tauw over te nemen: werk in de Omgevingsverordening bepalingen uit op grond waarvan nieuwe vergunningen voor de sector industrie alleen maar verleend kunnen worden als de aanvrager voldoet aan emissie-eisen die zo dicht mogelijk aan de onderkant van de BBT-bandbreedte liggen.

Inventariseer bij welke bedrijven de vergunningen geactualiseerd moeten worden en scherp de vergunningsvoorschriften aan.

Los van de motie wil ik het college ook oproepen om het maatschappelijk belang, het belang van hoge levenskwaliteit en omgevingskwaliteit, bij actualisatie van vergunningen en bij toezicht en handhaving doorslaggevend te laten zijn.

Voorzitter, er zijn nog 3 punten die ik hier wil aanhalen:

1: De 70/30 bij het extern salderen; die regel biedt geen oplossing voor het stikstofprobleem. GroenLinks is er dan ook voorstander van om de 70/30 regel aan te passen naar 50 procent reductie en slechts 50% van de stikstofrechten inzetten voor een nieuwe activiteit. Wij willen het college dan ook om een toezegging vragen om van de 70/30 regel bij extern salderen af te stappen en, de 50/50 regel in te voeren;

Punt 2: de latente ruimte. In het geval van intern salderen is het nog steeds mogelijk om de latente ruimte ook te salderen. Dat kan natuurlijk nooit de bedoeling zijn. We bereiken op die manier geen daling van de stikstofuitstoot! Wij vragen het college het handelen met de latente ruimte in geval van intern salderen af te schaffen en deze boodschap bij het rijk te blijven overbrengen. Evenals het feit dat intern salderen niet-vergunningplichtig is. Dat is een onwenselijke situatie, die snel aangepakt moet worden.

En punt 3, maar zeker niet het minst belangrijk: ga aan de slag; ik wil u dan ook oproepen om uw bevoegdheden voor de volle 100% om de stikstofuitstoot aan te pakken en de natuur weer veerkrachtig te laten zijn: stel grenzen aan de groei!